Klassiek Grieks
Landen waar Klassiek Grieks gesproken werd: | Griekenland, Italië, Kreta, Cyprus, Anatolië (Het huidige Turkije). |
Periode waarin het Klassiek Grieks gesproken werd: | De 9e eeuw v.Chr. tot de 4e eeuw v.Chr. |
Eigen benaming: | Ἑλληνική (Hellēnikē), of voluit: ἣ Ἑλληνικὴ γλῶσσα (Hē Hellēnikē glōssa. |
Alfabet: | Grieks. |
Aantal letters in het alfabet: | 24 (Van Α tot Ω) (Van Alpha tot Omega). |
Classificatie: (Taalfamilie) |
Indo-Europees ------> Hellenisch -------> Attisch-Grieks --------------> Klassiek Grieks |
Klassiek Grieks is sterk verwant aan: | Oud-Macedonisch. |
Klassiek Grieks is in mindere mate ook verwant aan: | Albanees en Armeens. |
Klassiek Grieks is een verre verwant van: | Latijn, Russisch, Iers, Perzisch, Engels, Hindi en Litouws. |
Inleiding Het Klassiek-Grieks is de taal die gesproken werd door de Grieken in de bloeiperiode van de Klassieke Tijd. Het is de taal waarin Plato en Aristoteles hun filosofische werken schreven, waarin Homeros dichtte en Aristophanes zijn toneel schreef. Klassiek Grieks wordt ook wel Oudgrieks genoemd. Deze klassieke Griekse cultuur vormt één van de pijlers van de westerse beschaving. Geen wonder dat vandaag de dag nog steeds het Klassiek-Grieks bestudeerd wordt. |
Het Griekse alfabet Het Grieks heeft een eigen alfabet dat 24 letters bevat. De eerste letters is de Alpha (A) en de laatste letter is de Omega (Ω). Een aantal letters, zoals de A, O, K, M en T zien er hetzelfde uit als in ons Latijnse alfabet. |
Geschiedenis van de Griekse taal Tussen het verdwijnen van het Myceens en de opkomst van het Archaïsch Grieks waren de Klassiek Griekse Duistere Eeuwen, een periode waarin niet veel geschreven overleveringen bewaard zijn gebleven. In brede zin wordt de term Klassiek Grieks gebruikt voor de hele oudheid. In engere zin wordt met Klassiek Grieks alleen de 5e tot en met de 4e eeuw voor Christus bedoeld, de 'gouden eeuwen' van het Klassiek Grieks, de tijd van filosofen zoals Socrates, Plato en Aristoteles en dichters en toneelschrijvers zoals Sophocles, Euripides en Aristophanes.
Na de klassieke periode |